Wie heeft JFK neergeschoten? De feiten en de fictie
Op 22 november 1963 passeerde de Amerikaanse president John Fitzgerald Kennedy voorbij Dealy Plaza in het centrum van Dallas zonder te weten dat het zijn laatste ritje zou zijn. Het was een dood die de VS voor altijd zou markeren. Tot op de dag van vandaag is de moord op JFK aanleiding voor terugblikken en speculaties.
Wie de trekker overhaalde? Een misnoegde ex-marinier genaamd Lee Harvey Oswald, die bij het Texaanse boekendepot werkte in Dealy Plaza.
Dat was het verdict van de 'President's Commission on the Assassination of President Kennedy', beter bekend als de Commissie Warren, na bijna een jaar onderzoek en meer dan 20.000 ondervragingen in 1964.
Foto: opperrechter Earl Warren, hoofd van de Commissie Warren
Lee Harvey Oswald was een vreemde man. Hij was een voormalige marinier en een sympathisant van de communisten. In 1959 deserteerde hij om naar de Sovjet-Unie te gaan. In 1962 kwam hij terug, waarna Oswald en zijn nieuwe Russische vrouw zich in Dallas vestigden.
Volgens het Wilson Center had de moordenaar van Kennedy geprobeerd het Kremlin te benaderen om bij de inlichtingendienst te gaan werken. Hij werd door de Sovjetregering echter als mentaal instabiel gezien.
Oswald zelf werd neergeschoten door Jack Ruby, de eigenaar van een nachtclub in Dallas. Die beweerde dat hij het deed uit verdriet door de moord op JFK. Ruby zelf overleed een paar jaar later aan kanker.
Sinds het midden van de jaren zestig blijft de moord op Kennedy een bron van speculatie. De bevindingen van de Commissie Warren zijn volgens veel mensen controversieel.
In 1966 startte Jim Garrison, de officier van justitie van New Orleans, bijvoorbeeld een onderzoek waarin hij beweerde dat er een enorme samenzwering zat achter de theorie van een eenzame schutter.
De belangrijkste bron van discussie is of Lee Harvey Oswald alleen handelde of niet.
De basis van de meeste samenzweringstheorieën over JFK is de zogenaamde 'magische kogel.' De Commissie Warren kwam tot de conclusie dat het één enkele kogel was die een einde maakte aan het leven van Kennedy en verwondingen veroorzaakte bij de Texaanse gouverneur John Connally.
Sommige ooggetuigen die door de Commissie Warren werden geciteerd, meenden zelfs dat ze schoten hadden gehoord vanaf een grasheuvel voor de presidentiële limousine. Oswald zat echter bovenin het boekendepot.
Op sommige foto's lijken we een man te zien in een politie-uniform en met een fel glimmende badge. Sommigen vermoeden dat hij de tweede schutter was.
Een andere bron voor speculaties, aangehaald door Jim Garrison, is een man die een paraplu opende in het midden van de menigte. Samenzweringstheoretici denken dat dit een soort teken kan zijn geweest.
Garrison bracht de zakenman Clay Shaw in 1969 voor het gerecht omdat hij betrokken zou zijn geweest bij een plan van Cubaanse bannelingen om JFK te vermoorden.
De jury had minder dan een uur nodig om Shaw onschuldig te verklaren. Hij is de enige geweest die voor de moord op Kennedy terecht heeft gestaan.
Eind jaren zeventig getuigde Richard Helms, de voormalige directeur van de CIA, dat Shaw een contactpersoon voor de geheime dienst was geweest in het buitenland. Dit werd bevestigd in het academische tijdschrift 'Studies in Intelligence' in 2001.
Foto: Richard Helms in 1969 met Richard Nixon.
Om de zaak nog ingewikkelder te maken, stelt het stuk van Max Holland in 'Studies in Intelligence' dat de verdenkingen van Garrison gebaseerd waren op onjuiste Sovjet-informatie. Deze nepberichten hadden Shaw in verband gebracht met dekmantelbedrijven van de CIA.
De CIA is een van de hoekstenen van de samenzweringstheorieën over JFK. De mogelijke motieven voor de moord gaan van een foute aanpak van Kennedy bij de invasie in de Varkensbaai tot een 'te zwak' optreden tegen het communisme.
Hoe dan ook heeft de Amerikaanse inlichtingendienst regimewisselingen in Latijns-Amerika, Azië en het Midden-Oosten in gang gezet of gesteund. Een voorbeeld is het regime van Augusto Pinochet in Chili.
Onder de regering Carter werd een Huis-Comité voor Aanslagen opgericht om de dood van John Fitzgerald Kennedy nog eens te onderzoeken.
Hoewel het House Committee de één kogel-theorie van de Commissie Warren steunde, sloot het een samenzwering destijds niet uit.
Het idee van meerdere kogels was echter gebaseerd op de opname van een voicerecorder van een politieagent, die sindsdien door verschillende onafhankelijke onderzoeken in diskrediet is gebracht.
Foto: Markus Spiske / Unsplash
Aangezien nieuwe, betrouwbare informatie nooit aan het licht is gekomen, blijft de moord op JFK onderzoekers tot op de dag van vandaag boeien.
Het onderzoek van Jim Garrison is het meest bekend dankzij de film 'JFK' van Oliver Stone, waarin de officier van justitie van New Orleans wordt gespeeld door Kevin Costner. Naderhand maakte Stone ook nog een documentaire over de moord op Kennedy.
En elke keer als er een flintertje nieuwe informatie werd vrijgegeven door de CIA, de FBI of andere overheidsinstanties, dan zorgde dat voor nieuwe interesse in samenzweringstheorieën.
De moord op JFK wordt door velen gezien als het einde van het naoorlogse, onschuldige Amerika van de jaren 50. Misschien praten we er daarom nog steeds over.