Pastacrisis: waarom is pasta zo duur?
Pasta is in prijs gestegen met 17,5 procent in één jaar. Dit is ook voelbaar in Nederland. Ondertussen wordt er in Italiaanse kranten gesproken van een 'pastacrisis'. En ook al klinkt het grappig en onschuldig, er liggen belangrijke economische en sociale verbanden aan de crisis ten grondslag.
De Italiaanse non-profitorganisatie voor consumentenbescherming Assoutenti spreekt in zijn rapport van 'torenhoge prijzen' en wijst erop dat een kilo pasta in de belangrijkste Italiaanse steden wel € 2,44 kan gaan kosten (maart 2023), met prijsstijgingen tot 25,5% in sommige steden vergeleken met dezelfde periode in 2022.
Deze stijgingen raken vooral de Italiaanse consumenten in hun portemonnee, want een doorsnee Italiaan eet elk jaar zo’n 23 kg pasta, volgens de gegevens op de website van Unione Italiana Food. Maar de gevolgen van deze stijgingen zijn niet alleen binnen Italië te voelen.
Volgens IlSole24Ore gaat maar 40% van de Italiaanse productie naar de nationale consumptie. De resterende 60% van de pasta die in Italië wordt gemaakt, is voor de buitenlandse markt bestemd.
Uit een analyse van de Italiaanse Food Trade Union, die zich baseert op cijfers van het nationale statistiekbureau ISTAT, blijkt dat deze sector aan het eind van 2022 zo’n € 3,7 miljard waard is voor de Italiaanse export.
De voorkeursmarkten voor de export van dit product zijn Duitsland, de Verenigde Staten, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Japan, waar de vraag voortdurend toeneemt, aldus IlSole24ore.
Het is dus niet onlogisch dat de hogere prijzen ook in het buitenland reden zijn voor onrust en zorgen. Maar waarom zijn de prijzen zo gestegen?
In 2022 veroorzaakte de Russische aanval in Oekraïne de prijsstijging voor tarwe en dus de hoge pastaprijs. Deze trend is in de eerste maanden van 2023 echter zo sterk afgezwakt dat er binnen het jaar een aanzienlijke prijsdaling wordt verwacht.
Een interessante uitspraak in dit verband is die van Nandita Roy, hoofd externe zaken van de Wereldbank, waar CNBC over berichtte: "De graanprijzen zijn na de inval in Oekraïne van hun recordhoogte gedaald, maar blijven hoog", ook al verwacht de Wereldbank een daling van 17,4 procent in 2023.
Wat Corriere della Sera in 2022 nog een "tsunami op de grondstoffenmarkt" noemde, lijkt te zijn afgezwakt, maar dit is niet terug te zien in een daling van de pastaprijzen.
Daarom blijft er een fundamentele vraag: als de prijzen van tarwe dalen, waarom dalen de prijzen van het eindproduct, pasta, dan niet ook, maar stijgen ze met bijna een derde?
Foto: Polina Rytova / Unsplash
De situatie werd ontkend door de 200.000 Italiaanse boeren die tarwe verbouwen en leveren aan de pastamakers. Zij lieten via hun vakbonden van zich horen.
Coldiretti, de grootste organisatie die opkomt voor de Italiaanse landbouw, zegt dat binnenlandse tarwe, het hoofdbestanddeel van pasta, slechts € 0,36/kg krijgt. Dat is niet eens genoeg om de productiekosten te dekken, aldus La Repubblica.
Wat is dan de oorzaak van de pastaprijsstijging, die volgens Reuters meer dan twee keer zo hoog is als de algemene inflatie van de consumentenprijzen in Italië, als het niet aan de tarweprijs ligt?
De voorzitter van de pastaproducenten die zijn verenigd in de Unione Italiana Food, Riccardo Felicetti, wijst in de Corriere della Sera op de "vele factoren" die naast tarwe bijdragen aan het bepalen van de pastaprijs: "de kosten van de omzetting in griesmeel, energie, verpakking, logistiek en de verschillende stadia van de toeleveringsketen".
Felicetti, die te maken heeft met dialoog en kritiek van de overheid en de verenigingen, geeft nog een andere verklaring voor de hoge prijzen: "De pasta die nu in de winkels ligt, is maanden geleden gemaakt met harde tarwe die toen tegen de prijzen van toen is gekocht en met de energiekosten op het hoogtepunt van de crisis".
De Italiaanse regering maakt zich zorgen over de 'pastacrisis'. Op 11 mei 2023 vroeg Adolfo Urso (foto), minister van Ondernemen en Made in Italy, om een 'Commissie voor vroegtijdige waarschuwingen' die de pastaprijzen in de gaten houdt. De regering wil "alle mogelijke maatregelen treffen om eventuele speculatie tegen te gaan", zo zei Urso tegen de pers.
Carlo Rienzi (midden), de voorzitter van Codacons, de Italiaanse organisatie die opkomt voor consumenten en milieu, zegt in Corriere dat het nodig is om mogelijke “marktverstoringen op te sporen die bedoeld zijn om de winkelprijzen hoog te houden”. Hij doelt daarmee op een mogelijke strategie van de producenten die gebruikmaakt van de verschillen tussen de prijzen van de grondstoffen en de prijsdruk.
De Italiaanse nationale consumentenbond is nog feller en ontevredener over de resultaten van de Commissie. Voorzitter Massimiliano Dona zegt in een verklaring aan de pers dat hij zich zorgen maakt dat er geen wettelijke actie wordt ondernomen tegen degenen die het probleem veroorzaken; dat het slechts een onderzoek blijft naar de leveranciers en de prijsontwikkeling zonder aan uitkomsten gebonden consequenties.
Massimiliano Dona is er zelfs zeker van dat de pastaprijs hoog is door speculatie in de sector en dat alle argumenten die worden gegeven niet genoeg zijn om dat te verklaren: "Als je dan nog ontkent dat er speculatie is, dan zijn we echt verkeerd bezig. […]. De smoesjes zijn niets waard", zei hij tegen Corriere della Sera.
De commissie die door de Italiaanse minister Urso is opgericht, heeft geprobeerd de rust te herstellen door een "flinke daling van de pastaprijzen" op korte termijn te beloven, die overeenkomt met de daling van de prijzen van de grondstoffen die voor de productie nodig zijn.
Als de prijs van pasta op korte termijn niet daalt, "zal de consument zich zorgen maken en de pasta in de schappen laten liggen", aldus Furio Truzzi, voorzitter van Assoutenti.
Welke beschuldigingen en rechtvaardigingen de betrokkenen ook uiten, het blijft een feit dat de 'pastacrisis' een probleem is dat meerdere gebieden raakt.
Dialoog is daarom noodzakelijk om de verschillende belanghebbenden te beschermen. De neveneffecten van een mislukte oplossing kunnen een te hoge rekening zijn voor de overheid, consumenten en boeren, maar ook voor de 120 bedrijven in de sector, die alleen al in Italië werk bieden aan meer dan 10.000 werknemers.
David Ortega, een professor aan de Universiteit van Michigan, lijkt gelijk te krijgen met zijn uitspraak tegen NPR: "Pasta is een deel van de Italiaanse cultuur, van de nationale identiteit. Dus als de pastaprijzen stijgen, vooral zo veel, dan voelen mensen dat en dat is een enorm probleem!"